Essay_ Curators_

CURATOR’S STATEMENT: JASPER GRIEPINK

Het opnieuw vlechten van verbinding

Als kind voelde ik dat de natuur om mij heen in leven was. De mensen om me heen hadden dat niet op dezelfde manier. Toen ik begon te lezen over inheemse groeperingen was ik verbijsterd, in positieve zin. Wat ik las leek veel meer te kloppen dan wat ik om me heen zag, in Eindhoven. Wat ik verlangde – wat ik geloof dat de aarde naar verlangde – leek echter lastig te realiseren in onze huidige maatschappij. Was het enkel een fantasie?

Zonder blind te zijn voor de intense onderdrukking die inheemse groeperingen doorgaan, geloof ik ook dat de aarde liever iets anders verlangt dan dat wat wij met onze grote industriële machtsspelen creëren. De hunkering die ik als kind voelde, lijkt op dit moment meer gedeeld dan ooit. Met innovatie op zoveel verschillende gebieden komt er een veld beschikbaar waarin dingen wellicht wel kunnen veranderen. Met alarmerende klimaatveranderingen die de aarde letterlijk onder onze voeten doet schudden en wegspoelen, komt duidelijker dan ooit naar voren dat we in een kantelpunt – en ook een geestelijke crisis – terecht zijn gekomen.

Ik denk hierbij aan de verhalen over priesteressen, ‘heksen’ en ook de Druïdes uit Frankrijk, die ik tegenkom in geschiedenisboeken en via hedendaagse natuurmystiek. Het woord ‘paganisme’ valt vaak als er over mijn werk gesproken wordt, en het klinkt dan alsof het om een verzonnen verleden gaat. Dat onze wortels ontoegankelijk zijn wil echter niet zeggen dat ze verzonnen zijn. Er ligt een grootschalige onderdrukking ten grondslag aan deze ‘vergeten’ wortels, aan de ontoegankelijkheid daarvan. Kennisgebieden en culturen zijn nooit ‘zomaar vergeten’. Hier niet, en ook niet overzees. Er mag geen verwarring zijn over het actief uitwissen van het leven, en het verhaal dat dit simpelweg de ‘vooruitgang’ is.

Voorafgaand aan de overzeese onderdrukkingen en ontheemding, waar Nederlanders flink aan hebben bijgedragen, vond er binnen de regio van Europa een groot imperialistisch proces plaats. Wat nu een relatief homogene lap aan natiestaten is, was ooit een lappendeken van lokale volken, talen, tradities en gebruiken.

Zo’n 600 jaar brachten de heksenvervolgingen in Europa verwoestingen met zich mee. Silvia Frederici vertelde onlangs tijdens haar lezing voor Wxtchcraft (de Studium Generale van de KABK) dat de inquisitie vooral gericht was op het onteigenen van autonoom land (gebruik) om daar commerciëlere (staats)activiteiten te laten plaatsvinden. Vrouwen mochten niet assertief of autonoom zijn. Het land en de vrouw werd verbannen door de krachten die de hedendaagse geschiedenis hebben geschreven; een verhaal waarin duizenden stemmen ontbreken. Queer mensen werden gedood. In 1449 besloot de inquisitie zelfs dat mensen vervolgd moesten worden vanwege hun ras. Kortom: alles wat wij met onze koloniale moordlust elders hebben aangericht, lijkt in onze eigen ontstaansgeschiedenis te zijn ingevlochten. Ik geloof dat dit een grote transhistorische culturele wond is die erkend en gehoord moet worden.

Eerder in de tijd veranderde er rond de Middellandse Zee ook al een heleboel. Samenlevingen die functioneerde rondom moederfiguren en epische vertellingen vol mystieke lessen waarin agricultuur centraal stond veranderde stap voor stap in klasse systemen, de veldheer werd de koning, de priesteres werd een heks. Ecologische instabiliteit lijkt ten grondslag te liggen aan dit groeiende wantrouwen van de aarde. De ombuiging van de heiligheid van de aarde en haar moeders richting de opdeling van de wereld in koninkrijken vol conflicten, is opnieuw geen ‘natuurlijk’ proces geweest. De beslissingen die hierin zijn gemaakt waren bewust, politiek en vol vervalsing van de waarheid van veel groeperingen. Dit is een enorme ontworteling binnen ons cultureel mycelium.

Het proces waarin de mensheid werd weggetrokken van hun eigen verbinding met natuurgoden en het land duurde heel lang. Soms wordt dit vergeten. Stelselmatig is staatsvorming (en een verharde identiteit als land met een leider) een keuze geweest. Een keuze van elite, die kerk en staat vermaakte tot een cultureel oorlogsapparaat. In het kort kan er gezegd worden dat er altijd conflicten en zelfs oorlogen geweest zijn, maar de ‘ontwikkeling’ om de economie, industrie en de nationale identiteit te baseren in oorlog is iets anders. In deze industrie zie ik weinig natuurlijks.

Onze geschiedenis is een verknipt en gekunsteld verhaal geworden waarin duizenden stemmen ontbreken en zijn uitgewist. De stem van de natuur ontbreekt inmiddels volkomen. Hoewel musea volhangen met ornamentele schatten die glinsteren en fonkelen, is de werkelijke culturele erfenis van het Westen al een aantal eeuwen diep begraven; die van onze eigen oudere culturen van vóór de grote oorlog naties.

Als kunstenaar en curator probeer ik te wijzen op deze ‘verloren’ kennis. Veel exacte details zullen echter altijd verborgen blijven, en een romantisering geeft ook niet altijd het juiste pad. De waarheid is pijnlijk genoeg: een verbinding kan nooit op dezelfde manier worden teruggevonden. Ze kan enkel opnieuw tot vorm gevlochten worden, kijkende naar de verloren én de hedendaagse kennis, tradities en uitingen van vreugde rondom de natuur, de aarde, en onze niet-menselijke naasten. Kijkende naar verhalen in het verleden en in het nu, vol diversiteit, verbeelding en visie. Door het horen van de stemmen van ongehoorde en onderdrukten. Door te luisteren naar het meer-dan-menselijke. Door het scheppen van nieuwe rituelen waarin land en leven samenkomen.

In zekere zin is er dus geen ’terug naar vroeger’. Er is te veel in ontwikkeling op sociaal en technologisch gebied om ‘terug’ te willen. Teruggaan is ook een klap in het gezicht voor iedereen die heeft gevochten voor een betere toekomst. Nee, de lange strijd voor meer sociale rechtvaardigheid is te belangrijk om te doen alsof teruggaan een eerbare optie is. In plaats van teruggaan zou ik dus willen zeggen: laten we dieper gaan. Niet terug de tijd in, maar juist dichter op dingen komen – dieper de aarde en elkaar in.

De tijd is, net zoals de aarde, allesbehalve lineair. Antropoloog David Abram vertelt ons dat bij verschillende inheemse groeperingen de tijd ervaren wordt als een rizomatisch mycelium dat leeft zoals de aarde dat doet. Dingen verschijnen en gaan en komen terug in steeds weer een nieuwe vorm. We gaan nooit werkelijk vooruit of terug, we zijn enkel onderweg. Het verleden zit in ons en alles om ons heen, en de toekomst komt daaruit voort. Het is als een nog niet verklapt verhaal aan de achterkant van de bergen, verstopt achter een rots, of bij die zitplaats daar. We hoeven er alleen naartoe te gaan.

Terwijl ik het leed probeer te bevatten dat mijn eigen voorouders hebben aangericht in de afgelopen eeuw, zoek ik tegelijkertijd verbinding met wat er daarvoor was. Via de overleveringen van hedendaagse inheemse mensen denk ik soms stukjes te zien van wat er hier wellicht is geweest. Door genderqueer te leven (soms in alternatieve gemeenschap) en door als kunstenaar en docent de bodem – de aarde – een stem te geven, hoop ik een pad te scheppen richting de herinnering waarin we dat om ons heen en dat in ons weer meer uitwisselen.

Een prachtig voorbeeld hiervan is terug te vinden in de kosmologie van de Navajo. Er is daar een belangrijke kosmische kracht die nilch’i wordt genoemd. Vrij vertaald is het de heilige wind. Deze wind is het geheel aan lucht, de atmosfeer, en onze adem die in en rondom onze lichamen leeft – het is allemaal nilch’i. Je ziet het in de bewegingen van de bladeren aan de bomen, in de haren, en de weerpatronen rondom de aarde. Het is een kracht die in spiralen beweegt en die zelfs in onze vingertoppen een markering heeft achtergelaten om ons te helpen herinneren. nilch’i is niet iets wat in ons zit, het is iets waar wij in zijn. Samen met alle andere wezens, planten, bomen, wolken en de tijd.

De tijd is – net als de aarde – vruchtbaar voor zaden en sporen. Er kan van alles worden geplant. De wereld zelf biedt ons continu dit pad, een levend mycelium vol kansen. Een veld, waarin wij niet vooruitgaan maar ook niet terug. We zijn enkel onderweg richting verbinding en ontplooiing. Op weg naar verhalen die nog niet helemaal verklapt zijn. We vlechten plekken en momenten waarin we stevig met onze voeten op de aarde staan, en waar we verwonderd en vol ontzag naar haar kunnen luisteren.

Laten wij het niet-menselijke weer zien als gids, en niet als grote straf uitdeler. Laten wij richting het besef gaan van de magie waarmee het leven zichzelf in vormen toont. De creativiteit ervan. Het respect dat hiermee gepaard mag gaan. Met dat respect, en die verwondering, komen wij weer thuis op aarde.